Morning Star - officële vlag van West Papua

 

Welkom
Verantwoording
Fotogalerij
Handige Links
Reageer
Gastenboek
De Judas-kus
NieuwGuinea in media
Prikbord
Bezoekersbijdragen



 



naar vorige pagina  volgende pagina

RAPPORT

van onderzoek inzake het ongeval
met het vliegtuig P H - L K T
op 16 juli 1957 nabij het eiland Biak


Rapport PH-LKT
Bijlage 16

17. Vraaggesprek met Domingoes MAREN. Hoofd Sectie Korem II tijdelijk verblijfhoudend te Parai, op Woensdag 17 juli 1957 te Biak.

1.Vraag :
Antwoord :
Waar bevond U zich ten tijde van het vliegtuigongeval?
Ik bevond mij in de kamer, met mijn kind, dat vlak tevoren te eten had gekregen. Op dat oogenblik hoorde ik een vliegtuig mijn woning overvliegen.
2.Vraag :
Antwoord :
Kunt U mij vertellen wat U gezien en gehoord heeft vanaf het ogenblik dat het vliegtuig Uw huis overvloog tot aan het oogenblik, dat het vliegtuig in zee stortte?
Ik hoorde een vliegtuig overvliegen en loerde naar buiten door een opening in de achterwand van mijn woning, Ik zag, dat een vliegtuig een linkerbocht maakte.
3.Vraag :
Antwoord :
U spreekt over "loeren". Kunt U mij zeggen hoe U loerde, naar omhoog, naar links of naar rechts, of loerde U gewoon rechtuit?
Ik loerde recht vooruit en had een uitzicht over de gehele zee. Ik kon zien vanaf het eiland 0wi en de beide eilanden rechts van Owi.
Ik zag een vliegtuig een weinig boven Owi.
4.Vraag :
Antwoord :
Vloog dat vliegtuig van U af, of vloog het naar U toe, en hoe vloog het vliegtuig?
Op het oçgenblik dat ik begon te loeren zag ik dat het vliegtuig terug kwam naar mijn plaats.
5.Vraag :
Antwoord :
U spreekt van terugkomen van het vliegtuig, heeft U dan lichten van het vliegtuig gezien; hoe waren deze lichten, en wat was de kleur van deze lichten?
Ik heb geen lichten gezien, maar ik heb een zeer helder vuur gezien, groot en heel helder.
(Tijdens de ondervraging werd een Super Constellation model getoond en werd door getuige aangeduid waar deze de vuur of lichtgloed lokaliseerde.
Aangewezen werd: aan SB-zijde aan de bovenkant van de vleugel een licht (brandverschijnsel). Getuige gaf zelf op de kleur van brandend hout dat naar achteruit liep en enige gloed aan de onderkant van de vleugel. Aan BB-zijde werd eveneens een vuur- en lichtgloed aangegeven van geringer afmetingen.)
6.Vraag :
Antwoord :
Toen U dat vuur zag, vloog het vliegtuig toen nog en heeft U nog de motoren van het vliegtuig gehoord?
Ik zag dat het vliegtuig nog vloog; en het vliegtuig daalde langzaam. Terwijl het vliegtuig daalde, werd het vuur groter. Ik heb de vliegtuigmotoren gehoord; mh - mh - mil - mh.
7.Vraag :
Antwoord :
Wanneer hield het geluid van de vliegtuigmotoren op ?
De motoren bleven geluid geven tot het vliegtuig in de zee ging. (Getuige duidde met behulp van een vliegtuigmodel de daling van het vliegtuig aan. Een geleidelijke daling, zonder dat het vliegtuig naar een kant overhelde.
Op het oogenblik dat het vliegtuig het wateroppervlak zou raken, liet getuige het model met de neus steil omlaag steken. Bij vragen hierover blijft getuige volharden dat het vliegtuig geleidelijk daalde, maar liet steeds opnieuw op het ogenblik van aanraking de neus omlaag en de staart omhoog steken.) 
8.Vraag :
Antwoord :
Wat gebeurde er toen de motoren van het vliegtuig stopten ?
De motoren bleven geluid geven totdat het vliegtuig zich op de zeeoppervlakte bevond. Ik zag een heel groot vuur, zoals van een houtvuur, en ik heb een geluid gehoord of een vliegtuig in zee viel, en een geluid als een bomontploffing:"boem"
9.Vraag :
Antwoord :
Heeft U met Uw eigen oogen gezien dat dat vliegtuig in zee is gestort?
Het vliegtuig daalde, daalde, daalde en raakte toen de zee. Ik zag dat het vliegtuig gewoon horizontaal was; niet links lager, niet rechts lager, niet met de neus lager, niet met de staart lager.
10.Vraag :
Antwoord :
Toen het vliegtuig in zee gevallen was, wat heeft U toen gedaan?
Ik zag een heel groot vuur branden en ik hoorde het geluid als van een bomontploffing. Ik heb mijn kind en vrouw gewekt en ben landinwaarts gevlucht.

18 A. vraaggesprek met Lucas RUMBIAK, wonende Kampoeng Manaisoer, gedaan te Biak ddo. 17 juli 1957.

Getuige is woonachtig in kampoeng Manaisoer en bevond zich op het ogenblik van de ramp te ongeveer 03.30 LT. in een opening van de achterwand (Zuidzijde) van zijn woning met het uitzicht over de Geelvinkbaai, Owi en andere eilanden.

1.Vraag :
Antwoord :
Kunt U mij inlichtingen verstrekken over het vliegtuig dat in zee is gestort?
Ik zat in de deuropening van mijn woning en ik had uitzicht over de zee, Owi en het andere kleine eiland en het grote eiland rechts daarvan.
Ik hoorde en zag een vliegtuig over het huis vliegen en dit draaide een weinig naar rechts.
Toen het vliegtuig bij Owi was draaide het naar links.
Toen het vliegtuig links gedraaid had, begon het te dalen.
Het leek mij toe dat er vuur aan boord van het vliegtuig was.
Het v1iegtuig daalde langzaam, het daalde en bleef dalen, toen het vliegtuig de zeeoppervlakte bereikte was een groot vuur zichtbaar.
(Getuige geeft met een vliegtuigmodel van een Super Constellation de graad van daling aan.)
2.Vraag :
Antwoord :
Wat heeft U gezien toen het vliegtuig Uw woning passeerde?
Toen het vliegtuig mijn woning passeerde, komend uit de richting van het vliegveld Mokmer zag ik twee lichten aan het vliegtuig, één groene lamp en een rode lamp.
(Getuige geeft bij het vliegtuigmodel aan waar de lichten zich bevonden, BB:rood en SB:groen en de richting waarin hij voor het eerst het vliegtuig zag W.-ZW.
Bovendien geeft getuige aan dat de flikkerlichten in gebruik waren "aan, uit" wat hij verder noemt "seinen".
3.Vraag :
Antwoord :
Heeft U met eigen, ogen gezien in welke richting het vliegtuig vloog?
Ik zag dat het vliegtuig van Mokmer kwam en een weinig naar rechts vloog, daarna niet meer, toen draaide het vliegtuig naar links en keerde terug naar Mokmer.
4.Vraag :
Antwoord :
Toen het vliegtuig zich boven Owi bevond, draaide het toen vlug of langzaam?
Het vliegtuig draaide langzaam en ik zag dat zijn linkervleugel iets lager was. (Getuige geeft met het vliegtuigmodel in de hand de wijze aan, waarop bij Owi gedraaid werd. Hierbij houdt getuige de BB-vleugel een weinig gedrukt. Na de bocht brengt getuige het vliegtuigmodel weer in horizontale stand en laat het langzaam zakken in de richting van getuige.)
5.Vraag :
Antwoord :
Toen het vliegtuig van Owi terugkeerde, heeft U toen iets bijzonders waargenomen?
Het vliegtuig vloog, maar ik zag vuur komen uit de rechtervleugel en er achter. Toen begon het vliegtuig te dalen, langzaam. Ook was er een klein vuur aan de linkervleugel, het vuur hier ging omhoog en achteruit, maar het was niet zo groot als het vuur aan de rechter vleugel. Het vliegtuig zakte, zakte, tot het de zeeoppervlakte bereikte en daar een heel groot vuur was.
(Getuige geeft bij het vliegtuigmodel tussen de SB-binnen en buitenmotor aan, dat aan de onderkant en bovenkant van de vleugel een vuur- en lichtgloed aanwezig is, de plaats van de vuurgloed en bovendien dat het vuur hier een bepaalde hoogte zou hebben, daling van het vliegtuig?? Bovendien geeft getuige aan bij het model dat het vuur achterwaarts uitwaait. Aan BB-zijde geeft getuige tussen BB-binnen- en buitenmotor de vuurgloed aan en bovendien dat hier de vuurverschijnselen van kleinere omvang zijn. Hij blijft aan de onderkant van het vliegtuigmodel wijzen.
Met het vliegtuigmodel in de hand toont hij een vrij geleidelijke daling tot aan het zeeoppervlak en laat het vliegtuigmodel in geheel horizontale positie op de zee neerkomen. Op het ogenblik dat het vliegtuig neerkomt, geeft getuige aan dat 2 vuurzuilen omhoog komen (één vuurzuil aan BB-zijde en één vuurzuil aan SB-zijde, terwijl hij door handbewegingen aangeeft, dat het vliegtuig op zee geheel door vlammen is omgeven.)
6.Vraag :
Antwoord :
Waar bevond U zich toen U getuige was van het overvliegen van het vliegtuig totdat het in brand geraakte.
Ik zat op een plaats achter mijn woning, waar geen atap was en een bijzonder goed uitzicht en het was lichte maan.
7.Vraag :
Antwoord :
 Toen het vliegtuig vloog heeft U vuur en lampen gezien. Wat voor kleur hadden deze?
Toen het vliegtuig zich nog in de lucht bevond, had het rechts een rode lamp en vuur als van brandend hout en links een blauw licht ("seinen"). Dit blauwe licht werd eerst wit en daarna werd het een rood licht.
(Getuige geeft middels het vliegtuigmodel aan, dat uiterst SB een rood licht brandde en tussen SB-binnen- en buitenmotor een grote vlam zichtbaar was, omhoog. Aan BB-zijde geeft betrokkene aan een groenblauw licht dat overging in wit en daarna in vuurrood. Intussen werd het vliegtuigmodel in een naar getuige toe zakkende beweging gehouden.)
8.Vraag :
Antwoord :
Toen het blauwe licht overging in het rode licht, waar bevond zich toen het vliegtuig?
Het vliegtuig bevond zich nog boven in de lucht, het blauwe licht ging over in rood als van vuur.
9.Vraag :
Antwoord :
Toen het vliegtuig in zee stortte, wat heeft U toen gezien en gehoord?
Het vliegtuig bereikte de zeeoppervlakte. Ik zag een heel groot vuur en ik hoorde 2 keer "boem".
10.Vraag :
Antwoord :
Hoe stortte het vliegtuig in zee? Ging het van links de zee in of met het rechter gedeelte omlaag, was de neus omhoog of zijn staart omhoog en was dat veel of weinig omhoog?
Het vliegtuig vloog horizontaal in zee. Links was niet omlaag en rechts was niet omlaag.
(Getuige geeft met het vliegtuigmodel dezelfde zakkende beweging aan tot vlak boven het zeeoppervlak en laat het model horizontaal omlaag vallen tot aan de zee en laat het een kleine afstand vooruit schieten. Hij voegt hieraan toe "Toen het op de zeeoppervlakte kwam, was het of het vliegtuig een sprong vooruit maakte." Hij geeft bovendien aan; dat het één groot vuur is om en boven de plaats van het neerkomen)..
11.Vraag :
Antwoord :
Toen het vliegtuig het zeeoppervlak raakte, is toen de romp in twee of 3 stukken gebroken?
Ik heb dat niet gezien, want het vuur was veel te groot.
12.Vraag :
Antwoord :
Toen U het geluid van de ontploffing hoorde, hoe groot leek U toen de brand?
Het vliegtuig raakte de zeeoppervlakte en ik hoorde twee keer "boem", Ik zag twee grote vuren, aan de linkerkant en aan de rechterkant van het vliegtuig, die tot een heel groot vuur samenvloeiden.
Dit grote vuur had een rode kleur en het werd heel helder. Aan de bovenkant was rook.
( Getuige geeft bij het vliegtuigmodel aan dat aan BB en SB-zijde een vuurkolom opstijgt en dat deze vervloeit terwijl aan de bovenzijde van de vlammen rook wordt geobserveerd.)
13.Vraag :
Antwoord :
Tijdens. de grote brand, wat heeft U toen gedaan? Waren er anderen aanwezig ?
Ik bleef zitten en wachtte af en zag dat het vuur met de Oostenwind afdreef. Ik zat alleen, er was niemand anders.
14.Vraag :
Antwoord :
Kunt U mij de plaats aanwijzen waar het vliegtuig in zee is gestort ?
Dat kan ik, als ik thuis ben.
(In de kampoeng Manaisoer geeft getuige in de Zuidelijke opening van zijn woning de richting aan, die het vliegtuig vloog en daarna de richting waar het vliegtuig in zee stortte 148° gecorrigeerd.)
15.Vraag :
Antwoord :
Het vliegtuig raakte in brand en daalde tot aan de zeeoppervlakte. Heeft U gehoord wanneer de motoren stopten ?
Ik kon het geluid van de motoren horen toen het vliegtuig daalde. Het geluid van de vliegtuigmotoren is doorgegaan tot ik de ontploffing "boem" hoorde.
(Getuige geeft met het vliegtuig de daling aan en met geluiden het gedreun van de motoren tot het ogenblik dat het vliegtuig in zee stort. Bovendien geeft getuige aan dat het vliegtuig nog steeds horizontaal in zee stort en in brand raakt. Op vragen betreffende helling van de vleugel, neus of "taart, geïllustreerd met een vliegtuigmodel blijft getuige het model in horizontale stand corrigeren.)

Opmerking:

Deze ondervraging geschiedde in het Maleis en Biaks. Betrokkene Lucas RUMBIAK, spreekt slechts Biaks. De vragen werden door de luchthavenmeester J.C. Smits in het Maleis gesteld en met behulp van een Biakker in het Biaks gesteld. De antwoorden, in het Biaks werden door de tolk in het Maleis vertaald, waarna deze zo letterlijk mogelijk in het Nederlands werden vertaald, waardoor de zinsbouw op enige plaatsen niet Nederland is.
Bij het vraaggesprek waren aanwezig: de Heren J.L. den Hollander; J.B. van den Berg; W.P. Hamers; J.C. Smits; de detachements Cmdt. F.H. Heuhergen en een Biakse tolk.

 

18 B. Aanvullende verklaring van Lucas Rumbiak bij de vliegproeven op 22 juli 1957, afgelegd ten overstaan van de heer Hamers.

1. Ik zag richting en hoogte van het verongelukte toestel, dat van het MOkmer vliegveld was opgestegen net als aangegeven in de schetstekening zonder meer.

2. Ik zag het toestel juist op het moment toen het boven het eiland 0wi een bocht nam. Na de draai constateerde ik,dat de rechterv1eugel van het vliegtuig reeds brandde en hoe langer hoe lager boven zee vloog. Volgens mijn waarneming moest het toestel zich op dat ogenblik ter hoogte van de eilanden Rurbas Ketjil en Owi bevinden en naderde het snel in de richting van Parai (Mokmer) terwijl de brand op de rechtervleugel in hevigheid toenam, totdat de romp van het vliegtuig het zeeoppervlak aanraakte en hierdoor een explosie ontstond en een vuurgloed teweeg bracht, die zo helder was als het daglicht. Ik riep van schrik: "Oh, het vliegtuig is in brand gevlogen." Op hetzelfde moment bevond het brandende toestel zich op het water en hoorde ik kort daarop de explosie, die op een bom-ontploffing geleek.

Opmerking:

Deze ondervraging geschiedde in het Maleis en Biaks. Betrokkene Domingoes MAREN spreekt slechts Biaks. De vragen werden door de luchthavenmeester J.C. Smits in het Maleis gesteld en met behulp van een Biakker in het Biaks gesteld. De antwoorden, in het Biaks werden door de tolk in het Maleis vertaald, waarna deze zo letterlijk mogelijk in het Nederlands werden vertaald, waardoor de zinsbouw op enige plaatsen niet Nederlands is.

Bij het vraaggesprek waren aanwezig : de Heren J.L. Den Hollander; J.B. van den Berg; W.P. Hamers; J.C. Smits; de Detachements Cmdt. F. Heubergen en een Biakse tolk.

 

 

Ook voor reacties op deze herinneringen kun je terecht op het prikbord/forum.

naar vorige pagina  volgende pagina