Morning Star - officële vlag van West Papua

 

Welkom
Verantwoording
Fotogalerij
Handige Links
Reageer
Gastenboek
De Judas-kus
NieuwGuinea in media
Prikbord
Bezoekersbijdragen



 



naar vorige pagina  volgende pagina

RAPPORT

van onderzoek inzake het ongeval
met het vliegtuig P H - L K T
op 16 juli 1957 nabij het eiland Biak


Rapport PH-LKT
Bijlage 16

10. Vraaggesprek met Dr. Leiker op 6 augustus 1957 door de heren W. P. Hamers en J.C. Smits in het ziekenhuis Ifar te Hollandia.

1.Vraag :
Antwoord :
Waar zat U en wie zaten in Uw naaste omgeving ?
Ik zat eerste klas op de voorste rij. Aan de andere kant op dezelfde rij zaten mijn echtgenote en kinderen.
Ik zat op de plaats No.16 B.
2.Vraag :
Antwoord :
'Was het "seat belt" sein nog aan bij de botsing ?
Ja, vlak voor de botsing vroeg mijn vrouw nog of de banden konden worden afgedaan, maar ik zei nog even te wachten.
3.Vraag :
Antwoord :
Waren er passagiers of bemanningsleden die stonden of hun seat beIts reeds hadden losgemaakt ?
Ik heb niets opgemerkt, maar ik kon ook niet goed in de cabine kijken. Ik heb ook geen steward gezien.
4.Vraag :
Antwoord :
Was de verlichting nog aan bij de botsing ?
Ja, het licht brandde nog.
5.Vraag :
Antwoord :
Brandde de noodverlichting ?
Dat heb ik niet gezien, omdat de normale verlichting nog brandde.
6.Vraag :
Antwoord :
Wat heeft U van de botsing gemerkt. Kunt U mij zo precies mogelijk dat oogenblik vertellen ?
Alles gebeurde in een fractie van een oogenblik.
Het vliegtuig maakte een minimale helling naar links en meteen begon het te kraken. Ik had de indruk dat het vliegtuig iets links opzij viel en meteen was ik ook zelf weg. Ik kan me niets herinneren. Ik voelde dat er iets mis ging en meteen daarop de klap, het gekraak en hierna ben ik waarschijnlijk psychisch weg geweest. Ik ben wakker geworden in het water. Ik herinner mij, dat ik brandende stukjes vuur in het water opzij heb geduwd. Ik heb nergens een vlammenzee gezien, mijn oogen waren verbrand en ik kon steeds moeilijker en minder zien ; want toen ik bij een platte rubberboot kwam, raakte ik met mijn voeten in de touwen verward. Ik had de grootste moeite om los te komen, want ik kon practisch niets zien.
7.Vraag :
Antwoord :
Heeft U na het eerste geluid een verandering opgemerkt in de stand van het vliegtuig ? Zo ja welke ?
Vlak voor het gekraak, een plotselinge helling naar links en meteen begon het kraken. Er was een heel klein tijdsverloop tussen het overhellen naar links en het gekraak.
8.Vraag :
Antwoord :
Wat is er precies omgeroepen ?
Dat kan ik me alleen vaag herinneren en kan er niets positiefs van zeggen. Ik heb het al zo dikwijls gehoord om er eigenlijk aandacht aan te schenken. Voor mijn eigen gevoel was het verhaal eigenlijk te kort en eindigde slordig en vrij abrupt.
9.Vraag :
Antwoord :
Hoe lang daarna was de eerste klap ?
Ik kan moeilijk een tijd noemen. Maar er was een behoorlijke hiaat tussen het omroepen en het eerste gekraak, een werkelijke rustperiode.
10.Vraag :
Antwoord :
Wat heeft U in die tussentijd gedaan ?
Ik ben rustig gaan zitten en heb om me heen gekeken. Na het omroepen was er beslist een pauze. Ik weet niet zeker meer of ik voor of na het omroepen tegen mijn vrouw heb gezegd om de belts nog aan te houden.
11.Vraag :
Antwoord :
Was er direct brand en zo ja kunt U die dan beschrijven. Heeft U een steekvlam gezien ?
Ik heb een blackout gehad en heb er niets van gemerkt.
Het eerst wat ik mij kan herinneren, was, dat ik me realiseerde dat mijn seatbelt nog vast zat, maar ik kon me op dat oogenblik niet realiseren of ik in de cabine was of er buiten. Ik had moeite met mijn handen, want mijn handen waren toen al verbrand. Ik was, merkte ik, niet direct in het water, ik moest nog wat kruipen en voelde toen water. Ik zat dus nog in een gedeelte van de cabine. Buiten was ontstellend weinig vuur, een gedeelte van de cabine dreef nog. Het stuk van de cabine is later gezonken, maar niet direct.
Ik ben via een opening in de wand er uitgekropen en tijdens dat kruipen voelde ik het water. Buiten op het water was een beetje vuur en dat lichtte wat op. De staart dreef vlakbij maar zonk toen ik dichterbij kwam. De romp stond rechtop omhoog, zonder vleugels en zonk daarna. Ik ben in de richting van de kampong gezwommen; de staart was achter mij.
Er staat me nog bij dat ik tijdens de botsing, heel kort iets hoorde roepen. Eenmaal in het water gekomen, zocht ik iets om me drijvende te houden, er was voldoende rommel, stoelzittingen en banken.
12.Vraag :
Antwoord :
Heeft U op de navigatielichten gelet, wanneer gingen die uit?
Ik heb alleen de linkervleugel gezien. Bakboord en dat was een rood licht.
13.Vraag :
Antwoord :
Heeft U het gordijn open gehad direct na de start of eerst na aankondiging van de captain dat er over Biak gevlogen zou worden ?
Het gordijn was half open.
14.Vraag :
Antwoord :
Heeft U idee dat er snel gestegen of gedaald is; of een scherpe bocht gedraaid. Bent U in Uw stoel gedrukt of eruit gelicht ?
De start was volkomen normaal en ik heb niets gemerkt tot het vliegtuig plotseling helde en ik meteen wist, dat ik ook ging.
15.Vraag :
Antwoord :
Was er buiten het vliegtuig nog iets bijzonders waar te nemen?
Alles verliep normaal en ik heb niets bijzonders gezien, maar ik heb er ook niet speciaal op gelet.
16.Vraag :
Antwoord :
Liepen de motoren regelmatig ?
Ik heb niets abnormaals opgemerkt. Behalve natuurlijk die dampen, die uit het plafond kwamen, maar daar is al meer over gesproken.
17.Vraag :
Antwoord :
Heeft U een markante verandering waargenomen in lengte en kleur van de uitlaatvlammen ?
Daar heb ik niet opgelet. Ik heb de uitlaatvlammen niet gezien, want ik heb niet uit het raampje gekeken.
18.Vraag :
Antwoord :
Heeft U het gevoel dat vlak voor de botsing of vlak na de botsing vol gas werd gegeven ?
Ik heb niets gemerkt. Opeens kreeg ik het idee van een crash zuiver een gevoelskwestie, want er was niets dat van een normale vlucht had afgeweken. Alles ging toen zo snel, dat niemand gereageerd heeft, niet eens om hulp geschreeuwd.
19.Vraag :
Antwoord :
Was er tijdens de start of vlak daarna een passagier in de stuurhut ?
Dat kan ik van mijn plaats niet zien.
20.Vraag :
Antwoord :
Is er misschien iets door de cabine gevlogen?
Neen, ik heb niets gezien.
21.Vraag :
Antwoord :
Heeft U het zeeoppervlak gezien, was het buiten donker?
Neen, want ik had geen interesse voor buiten. Alles was zo volkomen normaal dat ik niet eens naar buiten heb gekeken.
22.Vraag :
Antwoord :
Heeft U in de bocht de baanverlichting nog een keer gezien ?
Toen we startten heb ik de baanverlichting gezien, maar niet voor een tweede keer.
23.Vraag :
Antwoord :
Heeft U in de lucht voor de crash nog schokken of trillingen waargenomen ?
Neen, ik heb niets gevoeld. Er was niet de minste aankondiging dat er iets mis ging.
24.Vraag :
Antwoord :
Heeft U het eiland Owi nog gezien ?
Ik heb niet naar buiten gekeken.
25.Vraag :
Antwoord :
Heeft U enig idee hoe en wanneer U uit het vliegtuig bent gekomen ?
Dat heb ik U zoeven reeds verteld. (Zie vraag 6 en 11)
26.Vraag :
Antwoord :
Heeft U enig idee of waargenomen of de flaps in of uit waren?
Ik heb daar niets van gezien, want ik heb niet naar buiten gekeken.
27.Vraag :
Antwoord :
Is er iets langs het vliegtuig gevlogen ?
Daar kan ik niets van zeggen.
28.Vraag :
Antwoord :
Heeft U nog iets bijzonders toe te voegen ?
Ja, Ik ben niet verbrand aan mijn schouders, en ik denk dat het komt omdat ik een jasje aan had, een stevig gevoerd jasje. Bovendien had ik een lange broek aan, een wollen broek.
Ik weet niet of het hete lucht is geweest of stoom.
Mijn haren zijn niet verbrand. Op mijn hoofd heb ik nog de korsten van een brandblaar; maar mijn hoofdhaar is niet geschroeid.
Mijn broek is ook niet verbrand.


Ook voor reacties op deze herinneringen kun je terecht op het prikbord/forum.

naar vorige pagina  volgende pagina