Morning Star - officële vlag van West Papua

Welkom
Verantwoording
Fotogalerij
Handige Links
Reageer
Gastenboek
De Judas-kus
NieuwGuinea in media
Prikbord
Bezoekersbijdragen



 


Landbouw contractanten

Van: Freek Pieroelie
Date: 11 mrt 2007
Time: 13:28:32

Opa Matthijs de Jong & Eddie Luciana

Op een andere site waar ook veel te lezen en te zien valt over NNG, Manokwari, Hollandia enz. werd een zoekvraag geplaatst in een poging info, foto’s, kennissen enz. over/van een opa te vinden die als “barakbouwer” in NNG had gewoond.
Ik dacht gelijk: “Mosoh se weten nog niet ja, makkelijk toh, hewoon soeken bij sie Londoh”. Zoek ‘ns in de buurt van de DETA’s op de NNG/DETA site was daarom m’n antwoord op die vraag. Daar is immers bijna alles te vinden over die barakbouwers, die ongetwijfeld DETA jongens geweest moeten zijn.
Een dag later kwam ik tot de ontdekking, na een bezoekje bij een ex DETA jongen, dat ik misschien wel goed fout zat met dat antwoord van me op die zoekvraag.
Vandaar dat ik een kort verhaaltje over de vermoedelijk gezochte groep contractanten plaatste op die andere site.
Ik vind dat stuk een Manokwari/Hollandia aangelegenheid die ook geplaatst kan worden in een NNG site als deze West Papua site.

In Onze Plek werd gezocht naar opa Matthijs de Jong, daarop reageerde ik met ‘t volgende:
Mogelijk is inmiddels van de meneer Matthijs de Jong al veel boven water gekomen? Ik geloof dat ik een tip kan geven niet in de buurt van de DETA jongens te gaan zoeken naar Matthijs de Jong, maar in het tijdvak 1947 – 1950, nog voor de DETA periode. De de Jong’s die ik ken waren DETA’s, geen van hen is Matthijs geen van hen kent Matthijs.
Uit de zoekvraag maak ik grofweg op dat hij wel contractant was en voor de opbouw en opruim werkzaamheden naar NNG gezonden werd. Vóór de DETA’s werd ook al een groep jongelui naar NNG gestuurd in 1947, die te werk werden gesteld in Manokwari. Deze jongens kwamen onder contract van de Landbouw of Genie nadat ze gesolliciteerd hadden op de oproep van de Dienst Sociale zaken om werk te verrichten in NNG voor f 0,50 per dag (Die DETA luitjes met hun 1 pop 50 hadden later dus niets te klagen). Zo’n contract werd niet op schrift gesteld, de jonge contractanten wisten niet anders dan dat mondelinge toezeggingen de normale gang van zaken waren. Hun werd ook onderdak en voedsel verzekerd tijdens hun verblijf van 1 jaar in NNG waarna ze konden kiezen terug te gaan naar Indië of in Manokwari te blijven.
Al gauw bleek dat hun arbeidsloon gedurende de 1e paar maanden niet uitbetaald kon worden omdat er geen geld was en toen ze later wel hun loon ontvingen om eindelijk wat shag, saboen, sokken e.d. te kopen bleek dat met dat NICA geld niets aan te vangen was tenzij men er volle balen van in bezit had. Degenen met balen vol NICA geld hadden uren nodig deze biljetten te laten stempelen, de Landbouw contractanten waren gauw klaar met biljet stempelen. Ze hadden maar heel weinig en dat NICA geld was nèks waard. Geld gebrek was het grote probleem, maar ook het organiseren van de werkzaamheden verliep niet zoals de jongens hadden verwacht. Wel verzachtten het ‘genot’ van onderdak en voeding de omstandigheden, maar ook niet lang meer.

Klaas Wilhelm Galis, in die tijd HPB. Hoofd Plaatselijk Bestuur in Manokwari later resident, voelde de ontevredenheid onder de jongens en had begrip voor hun benarde positie. Hij zorgde ervoor dat ze naar Hollandia konden vertrekken en verzekerde de jongelui aldaar betaald werk te zullen vinden met de begeleidende brief die hij ze meegaf bij Olaf Johan de Rijcke onder een DETA contract.
Ze werden DETA jongens en werden zoals de DETA’s te werk gesteld voor diverse bouw, opbouw, herstel en opruim werkzaamheden en ontvingen hier werkelijk 1 pop 50. Dat was de gegarandeerde luxe die Galis hun beloofd had.

Eddie Luciana werd DETA jongen in Hollandia na een verblijf te Manokwari van 1947 tot 1950 als Landbouw contractant. Hij vertelde me van zijn werkervaringen vanaf zijn 16e jaar in deze beroerde omstandigheden in NNG. “Daar zijn wij met dat mondelinge contract gewoon in getrapt”.
Patjoelen waren zijn eerste werkzaamheden voor de Landbouw in Manokwari.
Na 1 jaar verblijf te Manokwari verkoos Eddie te blijven na alarmerende berichten van vrienden en kennissen uit Indonesië en die hem adviseerden niet terug te keren o.a. omdat alle bezittingen vanuit NNG meegenomen, door de Nederlanders in Indonesië in beslag werden genomen, want Nederlandse bezittingen moesten naar Nederland schreef men Eddie vanuit Indonesië.
Hij en zijn vrienden/collega’s Norbert Timmerman, Jozef Schenk en Hendrik Notté vertelden de DETA jongens later in Hollandia dat ze in financieel en organisatorisch opzicht er beter aan toe waren dan de contractanten uit de periode 1947 – 1950 te Manokwari.

Om een antwoord te vinden op de vraag “Wie kende mijn opa Mathijs de Jong” kon Eddie Luciana me helaas niet helpen, wel kon hij zich die naam vaag herinneren uit die periode vóór de DETA.
Eddie woont sinds 2 weken in Den Haag bij in het ‘Huis’ van Florence waar hij met open armen ontvangen werd, na een verblijf in zuid Limburg sinds zijn komst naar Nederland uit Hollandia NNG. Zijn vrienden wonen nu bij hem in de buurt te Voorburg en kunnen nu vaker bij hem manpir en ngobrollen.

Misschien herkent een lid uit dit forum iets of iemand uit dit verhaaltje en kan daarmee verder helpen in deze zoektocht naar de opa Mathijs de Jong. Groet, Freek.

Reacties op dit artikel via het prikbord